Bodemverbeteraar biochar
Het potentieel van biomassa
Veel regionaal beschikbare biomassareststromen worden verwerkt tot compost. Het gaat dan bijvoorbeeld om bermmaaisel en maaisel uit parken, afval afkomstig uit de landbouw zoals paprika- en preiloof of hout dat vrijkomt bij onderhoud van bossen. Een deel van deze biomassareststromen, werd de afgelopen jaren naast compostering ook ingezet voor energieopwekking door middel van verbranding, vergassing, pyrolyse en vergisting.
De toenemende populariteit van biomassa als grondstof, zal in de toekomst composteerlocaties omvormen tot biomassa hubs, waarin de biomassa wordt geselecteerd en bewerkt voor verschillende non-energy toepassingen. Biochar, of verkoolde biomassa, is daar een voorbeeld van. Het gebruik van biochar als bodemverbeteraar is sterk in opkomst door de vele voordelen die eraan verbonden zijn. Het leidt tot een betere kwaliteit van het bodemleven, minder kunstmeststoffen en een betere waterhuishouding.
Biochar als veenvervanger
CharcoTec en Releaf deden in hun project onderzoek naar de ontwikkeling van biochar als vervanger van veen in substraten voor de landbouw (met name substraten voor de kasteelt). Het gebruik van veen staat immers onder druk door de impact van de veenwinning op de natuur en de broeikasgasemissies.
Deze nieuwe toepassing stelt echter specifieke eisen aan de biochar, zoals het gehalte aan bepaalde mineralen, het verontreinigingsgehalte, de deeltjesgrootte, etc. Door voor- en nabewerking van de biomassa en biochar laten CharcoTec en Releaf de biochar aan deze eisen voldoen. Belangrijk hierbij is dat ze daarvoor beschikbare regionale biomassareststromen benutten.
Joep van Doorn, directeur CharcoTec: “Releaf heeft in een eerste stap kleine hoeveelheden gras voorbewerkt die wij vervolgens hebben gecarboniseerd. Het kool gaat in een volgende stap terug naar Releaf voor analyse en plantproeven. Binnenkort schakelen we over naar grotere hoeveelheden. Ook na afloop van dit project blijven we gezamenlijk verder aan de ontwikkeling van de biochar werken.”
Complementaire partners
Beide bedrijven deden reeds ruime ervaring op met voorbewerking, carbonisatie en nabewerking van uiteenlopende soorten biomassa. CharcoTec uit Noord-Brabant is een koolproductiebedrijf en beschikt over een demo-installatie om kool te produceren uit verschillende soorten biomassa. Joep van Doorn: “Ons proces kenmerkt zich door een hoge efficiëntie, geen emissies van schadelijke stoffen en een relatief simpele procesvoering. Omdat wij geen expertise hebben in landbouwkundige toepassingen zochten we iemand die dat wel heeft en zo kwamen we uit bij Releaf.”
Releaf is een onderzoeks- en ontwikkelingsbedrijf uit Oost-Vlaanderen en specialiseert zich in verwerkingsprocessen voor de valorisatie van groene afval- of nevenstromen (zoals natuur-, berm- en parkmaaisels alsook groene nevenstromen uit de landbouw). Sander Lybaert, directeur Releaf: “Wij beschikken over kennis en expertise in alternatieve, duurzame ingrediënten voor potgrond en hopen in dit project de mogelijkheden van verkoling als groene afvalverwerkingstechnologie en substraatpotentieel beter te leren kennen.”
CO2-reductie
Door veen in potgrond te vervangen, vindt een aanzienlijke reductie van broeikasgasemissies plaats die bij de winning en transport van veen ontstaat. Veenvervanging levert namelijk een CO2-equivalente reductie op van 550-1.200 kg CO2/ton veen vervanging. De markt voor veen in België en Nederland bedraagt zo’n 4 miljoen m3 veen per jaar met een gemiddelde dichtheid van 350 kg/m3. Dat komt overeen met 1,4 miljoen ton veen per jaar. Bij een marktpenetratie van 10% door biochar wordt 140.000 ton veen per jaar vervangen en dus ca. 125.000 ton CO2-eq gereduceerd.
SUBSIDIEBEDRAG | € 79.572,00 |
---|---|
PROVINCIES | NOORD-BRABANT OOST-VLAANDEREN |
PROJECTPARTNERS | CHARCOTEC RELEAF |