Slimme biosensor spoort bacteriën op in smoothie machine

Het project AgrEUfood heeft gewerkt aan een goedkope en snelle manier om voedselproducten tijdens het productieproces te testen op mogelijke bacteriële verontreinigingen. Detectie in het kader van industriële kwaliteitsnormen en de wettelijke autocontrole in de agrofood-industrie is namelijk een noodzakelijk maar duur en ingewikkeld proces.
De huidige praktijk is erop gericht om op regelmatige tijdstippen monsters te laten onderzoeken door gespecialiseerde laboratoria. Bij deze traditionele methode kan het tot een week duren om tot een definitieve analyse te komen. Het is dan ook niet uitgesloten dat bepaalde verontreinigingen niet tijdig worden opgespoord waardoor het risico op een terugroepactie met bijhorend economisch verlies en imagoschade reëel is. Een recent ontwikkelde sensortechnologie kan hier uitkomst bieden. De techniek, die gebaseerd is op synthetische receptoren en thermische weerstandsmetingen, toonde zijn meerwaarde aan tijdens eerste labtesten. In agrEUfood is deze nieuwe technologie verder ontwikkeld en in praktijksituaties uitgetest. Dat gebeurde bij Dürüm Company, een producent van op tortilla gebaseerde producten, en het bedrijf Alberts, dat gebruikt maakt van geautomatiseerde smoothie-apparaten.

Bij Albers kon de flow cell direct ingeplugd worden in de machine zodat het spoelwater van de blender niet rechtstreeks naar de afvoer loopt maar door de machine wordt gevoerd. De meetcel werd meerdere malen aangepast en kan nu lekvrij het water door de uitleesunit met de SIPs pompen. Een eerste serie aan metingen in het lab van de KUL toonde aan dat het wel degelijk mogelijk is om op accurate wijze impedantie op te meten in spoelwater en bacteriën kunnen door de SIP lagen herkend worden in relevante concentraties. Uit een demonstratie in de smoothie machine blijkt ook dat dit mogelijk is.