Thema

Een groener Europa

Klimaat, milieu en natuur

Specifieke doelstelling B1

Bevorderen van energie-efficiëntie en verminderen van uitstoot van broeikasgassen

B2

 

Het programma biedt steun aan de ontwikkeling, innovatie en demonstratie van nieuwe technieken om de overgang naar een energie-efficiënte en klimaatneutrale economie te bevorderen.

Het programma wil in de eerste plaats innovaties ondersteunen die zich richten op problematieken en opportuniteiten uit het programmagebied op het vlak van energie-efficiëntie en/of broeikasgassen, zodat ze ook in onze regio kunnen worden uitgerold (en bijdragen aan de overgang naar een energie-efficiënte samenleving). Oplossingen moeten dus breed toepasbaar zijn in zowel Vlaanderen als Nederland wat betreft (patrimonium, regelgevend kader, klimaat, …) of binnen de in het programmagebied aanwezige industrie.

Innovaties moeten gericht zijn op maatschappelijke noden en breed toepasbaar zijn in de grensregio. Het programma houdt ook rekening met het sociale aspect bij projecten die zich richten op burgers, en dan specifiek burgers met minder draagkracht die moeite hebben om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Als gedragsaanpassingen een deel van de oplossing vormen, moet de aandacht uitgaan naar participatie en inclusie om zo tot de meeste slaagkansen te komen. Daarnaast kunnen technieken in combinaties worden onderzocht, gedemonstreerd en ingezet. Het programma richt zich op ontwikkeling, stimulering, sensibilisering en demonstratie van technologieën en niet op grootschalige uitrol. Aandacht gaat ook uit naar ketenontwikkeling bij innovatieprojecten.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op energie-efficiëntie.
  • Grensoverschrijdende onderzoeken naar haalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van innovatieve (combinaties van) technologieën die bijdragen aan vermindering van uitstoot van broeikasgassen, door verhoging van energie-efficiëntie (inclusief onderzoek naar hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Investeringen voor kleinschalige demonstraties, pilootprojecten van toepassing van energie-efficiëntietechnologieën in bedrijven, scholen, particuliere woningen en openbare infrastructuur of domeinen (inclusief demonstraties/pilots rond hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Inventarisatie van effectieve toepassing van energiebesparende technieken en uitwisselen van leereffecten
  • Inzicht bieden aan ondernemers of huiseigenaren in de mogelijkheden en haalbaarheid voor de uitvoering van energiebesparende maatregelen en het bieden van begeleiding bij implementatie van aanpassingen
  • Opleidingstrajecten voor MKB/KMO uit de woningbouwsector rond energie-efficiënt bouwen en verbouwen met nieuwe technieken en materialen

Doelgroepen

  • MKB/KMO
  • Kennisinstellingen
  • Overheden
  • Intermediaire organisaties

Specifieke doelstelling B2

Bevorderen van hernieuwbare energiebronnen

B1

 

Het programma bevordert de transitie naar een klimaatneutrale economie door in te zetten op innovatieve ontwikkeling van hernieuwbare energie. Betaalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van de technieken zijn belangrijke aandachtspunten.

Het programma biedt mogelijkheden voor (het voortbouwen op eerder geïnitieerde samenwerking rond) hernieuwbare energie uit biomassa, maar met focus op vergisting in plaats van verbranding. Hernieuwbare energie is nodig in de industrie, elektriciteitsproductie, woningen, mobiliteit en landbouw. Het programma heeft bijzondere aandacht voor projecten die het gebruik van hernieuwbare energie bij verwarming en koeling aanmoedigen, kleinschalige elektriciteitsopwekking bevorderen en nuttige toepassingen van restwarmte stimuleren.

Innovatieve projecten gericht op maatschappelijke noden worden ondersteund (dicht bij de burger) en er dient rekening gehouden te worden met de landschappelijke inpassing en impact op de ecologie. Het programma houdt ook rekening met het sociale aspect bij projecten die zich richten op burgers, en dan specifiek burgers met minder draagkracht die moeite hebben om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Als gedragsaanpassingen een deel van de oplossing vormen, moet de aandacht uitgaan naar participatie en inclusie om zo tot de meeste slaagkansen te komen. Daarnaast kunnen technieken in combinaties worden onderzocht, gedemonstreerd en ingezet. Het programma richt zich op ontwikkeling, stimulering, sensibilisering en demonstratie van technologieën en niet op grootschalige uitrol. Aandacht gaat ook uit naar ketenontwikkeling bij innovatieprojecten.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op hernieuwbare energie.
  • Grensoverschrijdende onderzoeken naar haalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van innovatieve (combinaties van) technologieën die bijdragen aan vermindering van uitstoot van broeikasgassen, door toepassing van hernieuwbare energie (inclusief onderzoek naar hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Investeringen voor kleinschalige demonstraties, pilootprojecten van toepassing van hernieuwbare energie-technologieën in bedrijven, scholen, particuliere woningen en openbare infrastructuur of domeinen (inclusief demonstraties/pilots rond hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).

Doelgroepen

  • MKB/KMO
  • Kennisinstellingen
  • Overheden

Specifieke doelstelling B3

Ontwikkelen van slimme energiesystemen, netwerken en opslag

B3

 

Het programma wil bijdragen aan de transitie naar een klimaatneutrale economie door een stimulans te geven aan de ontwikkeling van innovatieve energiesystemen, -netwerken en -opslag. Betaalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van de technieken zijn belangrijke aandachtspunten.

Innovatieve energiesystemen kunnen de transitie naar een klimaat neutrale economie bevorderen. Het programma biedt hiervoor steun aan zowel ontwikkeling en innovatie, als aan demonstratie van nieuwe (combinaties van) systemen en technieken.

Innovaties moeten gericht zijn op maatschappelijke noden en breed toepasbaar zijn in de grensregio. Innovatieve projecten dienen aan te sluiten bij de maatschappelijke noden en staan dicht bij de burger door deze bijv. te betrekken via coöperaties of ESCO’s. Het programma houdt ook rekening met het sociale aspect bij projecten die zich richten op burgers, en dan specifiek burgers met minder draagkracht die moeite hebben om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Als gedragsaanpassingen een deel van de oplossing vormen, moet de aandacht uitgaan naar participatie en inclusie om zo tot de meeste slaagkansen te komen. Daarnaast kunnen technieken in combinaties worden onderzocht, gedemonstreerd en ingezet. Het programma richt zich op ontwikkeling, stimulering, sensibilisering en demonstratie van technologieën en niet op grootschalige uitrol. Aandacht gaat ook uit naar ketenontwikkeling bij innovatieprojecten

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op slimme energiesystemen, netwerken en opslag op lokaal niveau
  • Grensoverschrijdende onderzoeken naar haalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van innovatieve (combinaties van) technologieën die bijdragen aan vermindering van uitstoot van broeikasgassen, door verhoging van de kansen voor slimme energiesystemen, netwerken en opslag op lokaal niveau (inclusief onderzoek naar hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Investeringen voor kleinschalige demonstraties, pilootprojecten van toepassing van technologieën op het vlak van slimme energiesystemen, netwerken en opslag op lokaal niveau voor bedrijven, scholen, particuliere woningen en openbare infrastructuur of domeinen (inclusief demonstraties/pilots rond hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Inzicht bieden aan ondernemers of huiseigenaren in de mogelijkheden en haalbaarheid voor de uitvoering van maatregelen gericht op slimme energiesystemen, netwerken en opslag op lokaal niveau; en het bieden van begeleiding bij implementatie van aanpassingen
  • Experimenten met geavanceerde smart grid toepassingen (incl. opslag)

Doelgroepen

  • Bedrijven, in het bijzonder MKB/KMO
  • Kennisinstellingen
  • Overheden
  • Intermediaire organisaties

Specifieke doelstelling B4

Bevorderen van de aanpassing aan de klimaatverandering en van rampenrisicopreventie en – bestendigheid

B4

 

Deze doelstelling van het programma richt zich op klimaatadaptatie.

Een project heeft niet innovatief te zijn in deze doestelling. We zijn op zoek naar projecten die zowel proactief als retroactief inspelen op de gevolgen van klimaatverandering. Denk hierbij aan het handhaven of herstellen van ecosystemen. Ook andere fysieke ingrepen zijn ook mogelijk. Ecosysteemgerichte of nature-based oplossingen hebben hierbij de voorkeur. Het programma kan ook inzetten op ramppreventie en -bestrijding zonder link met de klimaatverandering, wanneer er door acute crises tijdens de programma-uitvoering specifieke noden op dit vlak zouden ontstaan, zoals bijvoorbeeld op het vlak van de gezondheidszorg naar aanleiding van de COVID-crisis.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op klimaatadaptatie.
  • Fysieke ecosysteemgerichte ingrepen tot gezamenlijke grensoverschrijdende aanpassing aan de klimaatverandering - Gezamenlijke ontwikkeling of herstel van groene en blauwe infrastructuur of ecosystemen, met het oog op klimaatadaptatie (bv. het aanleggen van overlopen, uiterwaarden, bufferbekkens… in rivieren of beken).
  • Op de natuur gebaseerde ingrepen of acties gericht op het vrijwaren van de beschikbaarheid van zoet water (bv. retentie)

Doelgroepen

  • Bedrijven, in het bijzonder MKB/KMO
  • Land- en bosbouwers
  • Kennisinstellingen
  • Overheden
  • Intermediaire organisaties
  • Organisaties voor natuur- en waterbeheer
  • Publiek-private samenwerkingsverbanden

Grote ondernemingen komen niet in aanmerking om begunstigde te worden.

Specifieke doelstelling B5

Bevorderen van de overgang naar een circulaire en hulpbron-efficiënte economie

B5

 

Het programma biedt steun aan zowel ontwikkeling en innovatie, als aan demonstratie van nieuwe (combinaties van) technieken om de omschakeling naar een klimaat bewustere economie te bevorderen. De betaalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van de technieken is daarbij een aandachtspunt. Het programma zoekt naar innovaties die tegemoetkomen aan maatschappelijke noden enstaat daarbij voldoende dicht bij de burger.

De focus ligt op de overgang naar een circulaire en hulpbron-efficiënte economie. Daarbij valt te denken aan innovaties, instrumenten of sensibilisering in functie van gedragsaanpassing gericht op bijvoorbeeld het bereiken van hogere recyclagepercentages (sorteer-, recyclage- en zuiveringstechnologieën en –strategieën, nieuwe producten die makkelijker gerecycleerd kunnen worden, …) en de ontwikkeling van een deeleconomie, waarvoor het dichtbevolkt en sterk verstedelijkt karakter van het programmagebied en de fijnmazige infrastructuur opportuniteiten bieden. Ook valt te denken aan materiaalarme, circulaire productinnovatie, wat kansen biedt voor de sterk aanwezige maakindustrie.

Innovaties moeten gericht zijn op maatschappelijke noden en breed toepasbaar zijn in de grensregio. Het programma houdt ook rekening met het sociale aspect bij projecten die zich richten op burgers, en dan specifiek burgers met minder draagkracht die moeite hebben om de ecologische voetafdruk te verkleinen. Als gedragsaanpassingen een deel van de oplossing vormen, moet de aandacht uitgaan naar participatie en inclusie om zo tot de meeste slaagkansen te komen. Daarnaast kunnen technieken in combinaties worden onderzocht, gedemonstreerd en ingezet. Het programma richt zich op ontwikkeling, stimulering, sensibilisering en demonstratie van technologieën en niet op grootschalige uitrol. Aandacht gaat ook uit naar ketenontwikkeling bij innovatieprojecten.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op een meer efficiënte omgang met hulpbronnen of organisatie van een meer circulaire economie (materiaalarme of circulaire productinnovaties, sorteer- , recyclage- en zuiveringstechnologieën, innovatieve systemen om de deeleconomie te bevorderen).
  • Grensoverschrijdende onderzoeken naar haalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van innovatieve (combinaties van) technologieën die bijdragen aan een meer efficiënte omgang met hulpbronnen en de ontwikkeling van een meer circulaire economie (inclusief onderzoek naar hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Grensoverschrijdende (samenwerking tot verbetering van) strategieën tot optimalisatie van afvalbeheer, –verwerking en -recyclage, rekening houdend met de specifieke noden van bedrijven en burgers (sociale aspecten).
  • Investeringen voor kleinschalige demonstraties, pilootprojecten van toepassing van hulpbronefficiëntie-technologieën in bedrijven, scholen, particuliere woningen en openbare infrastructuur of domeinen (inclusief demonstraties/pilots rond hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Inventarisatie van effectieve toepassing van energiebesparende technieken en uitwisselen van leereffecten en/of van technieken voor een meer efficiënte omgang met hulpbronnen en uitwisselen van leereffecten (bijvoorbeeld valorisatie van reststromen)
  • Inzicht bieden aan ondernemers of huiseigenaren in de mogelijkheden en haalbaarheid voor de uitvoering van energiebesparende maatregelen en het bieden van begeleiding bij implementatie van aanpassingen
  • Verkenningen naar haalbaarheid en nieuwe product-markt-combinaties voor hulpbron-efficiënte technologieën bij grensoverschrijdend samenwerkende MKB/KMO's
  • Opzet van grensoverschrijdende vraaggerichte innovatieclusters voor meer efficiënte omgang met hulpbronnen, bestaande uit samenwerking van bedrijfsleven, kennisinstellingen en (semi-) overheid

Doelgroepen

  • Bedrijven, in het bijzonder MKB/KMO
  • Kennisinstellingen
  • Overheden
  • Intermediaire organisaties

Grote ondernemingen komen niet in aanmerking om begunstigde te worden.

Specifieke doelstelling B6

Bevorderen van biodiversiteit en groene infrastructuur en verminderen van luchtverontreiniging

B6

Biodiversiteit

Het programma wil in deze doelstelling inzetten op biodiversiteit enerzijds en het terugdringen van luchtverontreiniging anderzijds.

Door het herstellen van natuur en door het handhaven en herstellen van ecosystemen en ecosysteemdiensten en het creëren van samenhangende ecologische netwerken, verbetert de balans tussen ecologie en economische vitaliteit in het programmagebieden wordt het behalen van klimaat- en stikstofdoelstellingen mee ondersteund. Omdat de natuur zich niet laat beperken door landsgrenzen, biedt aanpak over de grenzen heen bij uitstek meerwaarde. Het programma heeft hierbij ook oog voor duurzaam waterbeheer.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op waterkwaliteit en/of biodiversiteit (bv. betere waterzuiveringsprocessen, innovatieve machines voor beheers werken, innovaties in productieprocessen gericht op een lagere impact op de directe omgeving,)
  • Fysieke maatregelen tot herstel van (de kwaliteit van) grensoverschrijdende waterlopen of bodemwaterkwaliteit en –kwantiteit
  • Gezamenlijke ontwikkeling of herstel van groene en blauwe infrastructuur of ecosystemen
  • Elkaar grensoverschrijdend versterkende fysieke maatregelen ten behoeve van toename van biodiversiteit, dan wel preventie van biodiversiteitsverlies, ter bescherming van bedreigde dier- en plantensoorten
  • Pilotprojecten inzake nieuwe modellen van publiek-private samenwerking in natuur-, water- en bodembeheer en het gezamenlijk valoriseren van eco-systeemdiensten
  • Grensoverschrijdend beheer en aanpak van terreinen, water- en bodemkwaliteit

Terugdringen van luchtverontreiniging

Hier ligt de focus op luchtverontreiniging, en met name op de problematiek rond de hoge concentraties stikstofoxiden en ammoniak. Het programma biedt hiervoor steun aan zowel ontwikkeling en innovatie, als aan demonstratie van nieuwe (combinaties van) technieken. De krijtlijnen voor deze activiteiten zijn dezelfde als degene die in de andere Specifieke Doelstellingen van Prioriteit B zijn uitgetekend voor innovatie- en demonstratie-activiteiten. In deze samenwerkingsprojecten, veelal gericht op mobiliteit en de veeteeltsector, moeten constructieve oplossingen worden gevonden en/of gedemonstreerd die rekening houdenmet de belangen van burgers en boeren, zodat brede implementatie mogelijk wordt.

Acties gericht op de landbouw- en veeteeltsector zijn in principe beter geschikt voor uitvoering via ELFPO-programma’s. Binnen Interreg Vlaanderen-Nederland is er enkel ruimte voor dergelijke acties als er een duidelijke toegevoegde (grensoverschrijdende) meerwaarde is.

Voorbeelden

  • Marktgerichte grensoverschrijdende samenwerking in innovatietrajecten/ ontwikkeling van nieuwe producten/diensten/toepassingen/processen gericht op het terugdringen van stikstofoxiden- en/of ammoniakuitstoot.
  • Grensoverschrijdende onderzoeken naar haalbaarheid en toepassingsmogelijkheden van innovatieve (combinaties van) technologieën die bijdragen aan de vermindering van luchtverontreiniging (inclusief onderzoek naar hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Grensoverschrijdend onderzoek naar haalbaarheid en mogelijkheden van emissiearme (organisatie van) distributie en mobiliteit.
  • Investeringen voor kleinschalige demonstraties, pilootprojecten van toepassing van uitstootbeperkende technologieën in bedrijven, de landbouw, mobiliteit en openbare infrastructuur of domeinen (inclusief demonstraties/pilots rond hoe bestaande maatschappelijke instrumenten kunnen worden ingezet om de toepasbaarheid te vergroten).
  • Inzicht bieden aan en bewustmakingscampagnes voor ondernemers in de mogelijkheden en haalbaarheid voor de uitvoering van maatregelen tot beperking van uitstoot; en het bieden van begeleiding bij implementatie van aanpassingen
  • Gezamenlijke ontwikkeling van opleidingstrajecten voor bedrijven rond het beperken van stikstofoxiden- en/of ammoniakuitstoot

Doelgroepen

  • MKB/KMO
  • Land- en bosbouwers
  • Kennisinstellingen
  • Overheden
  • Intermediaire organisaties
  • Organisaties voor natuur- en waterbeheer
  • Publiek-private samenwerkingsverbanden

Grote ondernemingen komen niet in aanmerking om begunstigde te worden.

Gerelateerde projecten

Andere thema's

Blijf je graag op de hoogte?

Schrijf je in op onze nieuwsbrief!